Er is geen vlam
(Na een lange onderbreking van de werking kunnen er maximaal 5
startpogingen gedaan worden)
De ontstekingsektrode controleren (elektrodes uitnemen), de schakelaar en de verbindingskabel
- Tussenafstand van de elektroden ( 3.5 mm)
- De aarding controleren
Vonk aanwezig,
Er is geen vlam
- Controleer van tevoren of de gaskraan open is, of de voedingsdruk voor gas aanwezig is, of de gasleiding voldoende ontlucht is, of de lucht-rookgassenleiding niet verstopt is of lekt, of de sifon gevuld en niet verstopt is
-Test of de verwarmingsketel is aangesloten op het elektriciteitsnet
- Reinig of vervang de ontstekingselektroden
- Het CO2-gehalte op hoog- en laaglast controleren
Detectie van een onstabiele vlam signaal. Fout in ionisatie (<3ìA)
- De stabiliteit van de verbranding van de vlam controleren,
- Het CO2-gehalte op hoog- en laaglast controleren
- Controleer de elektrische aansluiting, vooral de aarding
- Reinig of vervang de ontstekingselektroden
- Tussenafstand van de elektroden ( 3.5 mm)